Over teken, buxusmot, luizen andere lastposten

Teken in het hoge gras!

Een teek ziet eruit als een klein plat spinnetje van een paar millimeter groot. Dat klinkt onschuldig, maar een tekenbeet kan vervelende gevolgen hebben. Het beestje leeft in struiken en hooggras en komt ook voor op Amstelglorie. Als je door het groen loopt kan het op je lichaam terechtkomen. Het kleine diertje zoekt een warm en zacht plekje en bijt zich dan vast in de huid en veroorzaakt in sommige gevallen de ziekte van Lyme – en dat wil je graag voorkomen! De ziekte van Lyme is een sloper die chronische vermoeidheid en andere klachten veroorzaakt.

Hoe weet een teek dat je in de buurt bent?
De teek heeft en goede neus! Hij ruikt dat je in de buurt bent. De neus zit op de voorpoten. Daar zitten fijne haartjes waarmee ze geurstoffen waarnemen. Hij kruipt tot bovenaan de plant, maar komt nooit hoger dan 1,5 meter. Als hij een geur opvangt, wordt hij extra alert. Zodra je de plant raakt, steekt hij over.  Advies is dan ook om in de periode van april tot oktober, als de teek actief is, na een wandeling in het groen altijd te controleren op een tekenbeet. De tekenbeet is te herkennen als een klein zwart stipje dat net onder de huid lijkt te zitten.

Verwijder de teek zo snel mogelijk en helemaal. Het best gebruik je daarvoor een speciale tekentang: teek zo dicht mogelijk op de huid vastpakken en draaien (niet trekken, dan blijven de pootjes nogal eens zitten). En als na een paar dagen een rode kring of vlek ontstaat, gelijk naar de dokter! Overleg ook met de huisarts wat te doen als je denkt dat je de teek langer dan 24 uur bij je hebt gedragen.

De app Tekenbeet (RIVM) laat zien hoe je op teken kunt controleren en hoe je een teek verwijdert. Wie ook nog de site www.tekenradar.nl raadpleegt, waarop te zien hoe en waar teken actief zijn, kan met vertrouwen weer de natuur in.

Tips om tekenbeten te voorkomen
– smeer je sokken/ schoenen/ broek in met anti-insectenspul met Deet: de teek kan je niet meer opmerken
– gebruik een heel groot kleed als je gaat picknicken of kies voor de picknick bank. Ga niet direct in het (hoge) gras zitten
– inspecteer elkaar (vooral de kinderen), ook in de schaamstreek want daar zitten ze graag. Doe dit dagelijks. Verwijder je de teek binnen 24 uur dan is de kans op overdracht van Lyme te verwaarlozen.

Muggen: wat doe je ertegen?

Er bestaan veel fabeltjes over hoe je muggen kan bestrijden: zoals de citronellakaars, knoflook eten of de muggenstekker. De Universiteit van Wageningen deed onlangs onderzoek en concludeerde dat deze middeltjes niet werken. Preventie werkt wel: zorg dat er geen stilstaande waterbronnen zijn op je tuin, zoals een kruiwagen, emmer of plantenbak met regenwater. Het water is een broedplaats voor muggen, waar muggenlarven goed gedijen. Muggen houden van vochtige lucht; ze zijn daarom ’s nachts actiever. Om muggen buiten te houden houden, kun je een hor plaatsen voor ramen en deuren. Heb je voldoende zonne-stroom, denk dan ook eens aan een ventilatortje: muggen houden niet van de wind. Ook een klamboe kan een oplossing zijn.

Geen buxusmot als je haag je lief is!

De rups van de buxusmot kan je haag in een paar dagen kaalvreten. Deskundigen zeggen dat de rups op z’n retour is, maar helaas is de rups nu weer gesignaleerd op Amstelglorie. Gebruik geen agressieve bestrijdingsmiddelen, maar verwijder zoveel mogelijk rupsen en poppen met de hand. Als je tegen de planten slaat of eraan schudt, valt een deel van de rupsen er vanzelf uit. Zoek verder goed in de plant naar achtergebleven rupsen en knip de spinsels weg. Je moet dit echt zeer regelmatig herhalen.

Je kan ook met een harde waterstraal de rupsen er uitspuiten. Het bestrooien van de buxus met lavameel is een eenvoudige en goedkope oplossing. Lavameel is fijngemalen vulkanisch gesteente en dat maakt de blaadjes onaantrekkelijk voor de rupsen.

Een luizenleventje en natuurlijke bestrijdingsmiddelen

Het zijn hoogtijdagen voor de bladluis. Je ziet luizen vaak in grote aantallen aan het uiteinde van de plant, daar waar het jonge groen groeit. Ze planten zich snel voort en als je niets doet, is de kans groot dat je plant het niet overleeft. Ze komen met de wind mee en laten zich van plant naar plant gaan. Lieveheersbeestje en sluipwespen met hun larven, samen met de oorwurm zijn hun natuurlijke vijanden. Luizen houden niet van sterk geurende kruiden zoals bv lavendel, salie, uien en knoflook. Plant deze in de buurt van luisgevoelige planten zoals bijvoorbeeld rozen.

Je kan de plant zelf luisvrij maken door deze af te spuiten met koud water, daar houden luizen niet van. Een ander werkend middel is een mengsel van water en afwasmiddel of een mengsel van 1 liter water met 20 ml (echte) groene zeep en 20 ml spiritus. Besproei de plant om de paar dagen. Of maak brandnetelgier: een lekker stinkend goedje waar luizen niet van houden, maar je planten wel.

De veelvraten waar je wanhopig van kan worden: naaktslakken

Eigenlijk zijn slakken namelijk best nuttig en onmisbaar in je tuin. Ze eten (blad)afval op. Zonder slakken zouden er bergen afval liggen. Dat neemt niet weg dat het onaangenaam is als slakken je mooie planten aanvreten. Met name de naaktslakken maken zich daaraan schuldig aan. Slechts enkele huisjesslakken (de segrijnslak en wijngaardslak) eten planten, de meeste huisjesslakken eten alleen gevallen dorre bladeren.

De oplossing tegen slakken? Diversiteit van je tuin. Dan doet de natuur namelijk zelf zijn werk. Als je tuin meer in balans is, heb je minder last van slakken. Om je tuin diverser te maken, kun je bijvoorbeeld vogels en egels naar je tuin lokken, en geef ze het hele jaar door eten. Zorg ook voor inheemse planten in de tuin, die worden minder door slakken gegeten dan de planten uit een tuincentrum. Inheemse planten zijn onder andere wilde akelei, ooievaarsbek, inheemse viooltjes, bosanemoon, duizendblad, klimop, longkruid, steenanjer, vingerhoedskruid.

Het helpt ook als je in het voorjaar de grond wat omwoelt en te veel aan bladeren weghaalt, zo maak je overwinterende slakken en hun eieren kapot en geef je minder slakken de kans. Haal verder alle onkruid en dode bladeren weg rond de meest kwetsbare planten. Zet ook geen kwetsbare planten dicht bij de compostbak. Wat echt wel helpt is een scherpe ondergrond van bijvoorbeeld lavasteentjes of schelpen rond kwetsbare planten. Daar gaan slakken niet graag overheen.
Bekijk de site van Milieu Centraal voor tips voor het voorkomen van slakken.

Voor je moestuin en vele eenjarigen, is het handig om wat voorzorgsmaatregelen te nemen.
Lees daarom ook de tips om slakken te weren op de website van Jelles Makkelijke Moestuin